Invloed van vrijetijdsbesteding op het roken bij studenten in het hoger onderwijs

Broidioi Maïté, Pauwels Louis, 2022
Ondanks een dalende trend in het aantal rokers blijft tabaksgebruik één van de grootste gezondheidsbedreigingen ter wereld. De langetermijnsgevolgen van tabaksgebruik zijn aanzienlijk. De stoffen die door de roker worden geïnhaleerd vormen een risico op degeneratieve ziektes zoals kanker, luchtwegaandoeningen en hart- en vaatziektes. Bijkomend leidt roken tot een verhoogd risico op infecties, voortplantingsstoornissen, diabetes, fracturen, implantaat falen, verhoogde gewrichtsaandoeningen en slechte functionaliteit. E-sigaretten worden veelal gezien als een alternatief voor tabaksproducten, maar de nadelige effecten hiervan mogen niet onderschat worden. Studies tonen aan dat studenten een belangrijke doelgroep vormen om op in te zetten. De gemiddelde leeftijd voor het starten met dagelijks roken is 18,3 jaar en 50% van de studenten die roken blijven dit doen gedurende vijftien tot twintig jaar. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat sociale invloed een belangrijke rol speelt op het al dan niet roken bij studenten. Deze masterproef onderzocht de invloed van vrijetijdsbesteding op het rookgedrag van studenten in het hoger onderwijs. Meer specifiek werd gekeken naar de invloed van het al dan niet lid zijn van een jeugdbeweging, sport- en/of studentenvereniging en het gaan naar fuiven, discotheken, cafés en studentikoze activiteiten op de levens- en laatstejaarsprevalentie van roken. Het verband werd onderzocht aan de hand van data uit de vijfde studentenbevraging middelengebruik ‘in hogere sferen: volume 5’. Er werden vragenlijsten afgenomen in alle Vlaamse en Brusselse universiteiten. Het totaal aantal bruikbaar, ingevulde vragenlijsten bedroeg 30 583. Uit de resultaten blijkt dat vrijetijdsbesteding een invloed heeft op het rookgedrag van studenten, zowel voor de levens- als laatstejaarsprevalentie. Studenten die nooit lid waren van een jeugdbeweging hebben meer kans om ooit gerookt of de voorbije twaalf maanden gerookt te hebben. Hoe frequenter studenten gaan naar fuiven, cafés en discotheken, hoe hoger de kans om de voorbije twaalf maanden of ooit gerookt te hebben. Studenten die frequenter naar studentikoze activiteiten gaan hebben een lagere kans om ooit of de voorbije twaalf maanden gerookt te hebben. Woonsituatie en geslacht hebben een invloed op de relatie tussen de vrijetijdsactiviteit en het rookgedrag. Hieruit kan geconcludeerd worden dat vrijetijdsbesteding een duidelijke invloed heeft op het rookgedrag van studenten. De inzichten uit deze studie kunnen nuttig zijn om gerichte initiatieven te ontwikkelen voor rookpreventie in contexten die relevant zijn voor studenten. Kortom is het aangewezen om in te zetten op preventie bij sportverenigingen, in de uitgaanscontext en voor studenten die op kot of zelfstandig wonen.

Promotor Maïté Verloigne
Opleiding Gezondheidsbevordering
Kernwoorden Studenten tabak e-sigaretten roken vrijetijdsbesteding levensprevalentie laatstejaarsprevalentie