Een exploratief onderzoek naar de intentie tot het stopzetten van de beroepsactiviteiten van tweedelijnsvroedvrouwen in Antwerpen.

Libeer Margot, 2023
Wereldwijd is een trend waarneembaar waarbij vroedvrouwen de intentie hebben om het beroep te verlaten, dit fenomeen wordt ook wel ‘de turnoverintentie’ genoemd. Een gebrek aan autonomie, een hoge werkdruk, organisatorische en persoonlijke factoren worden hierbij aangehaald als voornaamste redenen. Vroedvrouwen met turnoverintentie, hebben dan ook meer kans om het beroep effectief te verlaten. Dit zorgt voor hogere kosten binnen de organisatie en een verminderd emotioneel welbevinden van het personeel. In tegenstelling tot onze buurlanden, werd hierover in Vlaanderen nog geen onderzoek verricht. Om onderzoek te doen naar de mate van turnoverintentie en de voorspellende factoren hiervan werden vragenlijsten afgenomen bij vroedvrouwen uit acht Antwerpse ziekenhuizen. Bovendien werd onderzocht of vroedvrouwen met turnoverintentie andere kenmerken hadden dan vroedvrouwen zonder turnoverintentie. Er werden 109 vroedvrouwen bevraagd. Hiervan overwoog bijna de helft om het beroep te verlaten. Vroedvrouwen die tevreden zijn over hun job, veel flexibiliteit ervaren, hun werk zinvol vinden en hun collega’s vertrouwen hebben minder kans om het beroep te willen verlaten. Daarnaast hebben vroedvrouwen met een slechte gezondheid of een hoge praktische en emotionele werkbelasting juist meer kans op turnoverintentie. Een slechte werk/leven balans, emotionele eisen en een hoge werkdruk dragen bij aan een hoge praktische en emotionele werkbelasting. Uit de resultaten blijkt ook dat vroedvrouwen met kinderen meer turnoverintentie hebben dan vroedvrouwen zonder kinderen. Ook hebben vroedvrouwen met een aangepast tewerkstellingspercentage (60-90%) meer turnoverintentie dan vroedvrouwen die halftijds (50%) of voltijds (100%) werken. Dit onderzoek benadrukt de noodzaak om de werkomgeving van vroedvrouwen te verbeteren om hen op die manier in het beroep te houden. Flexibele werkregelingen en vroedvrouwgeleide zorgmodellen kunnen helpen de werkbelasting te verlichten en de werk/leven balans te verbeteren. Door karakteristieken zoals flexibiliteit, zinvol werk, vertrouwen tussen collega’s en werk/leven balans te integreren in de organisatiecultuur, kunnen we ervoor zorgen dat vroedvrouwen blijven waar ze het meest nodig zijn; aan de zijde van ouders en pasgeborenen.

Promotor Mieke Embo
Opleiding Verpleegkunde en Vroedkunde
Kernwoorden Vroedvrouwen onder druk?