Normatieve data voor maximale tong- en lipkracht en uithouding bij kinderen
Van Hecke Ineke, 2023
Deze masterproef wenst te achterhalen wat normale waarden zijn voor de kracht en uithouding van de tong en lippen bij kinderen. Metingen van de maximale kracht en uithouding kunnen helpen bij de diagnose, behandeling en follow-up van zwakte en vermoeidheid van mond- en aangezichtsspieren. Echter is er een gebrek aan normatieve gegevens voor typisch ontwikkelende kinderen, wat het gebruik van deze metingen bemoeilijkt. Het is doel is om normwaarden vast te stellen voor tong- en lipkracht, alsook de lipkracht- en uithouding bij Vlaamse kinderen tussen zes en twaalf jaar oud. We willen ook factoren identificeren die deze metingen kunnen beïnvloeden zoals leeftijd, geslacht, gewicht, en lengte. Voor dit onderzoek worden 85 kinderen tussen 6 en 12 jaar eenmalig getest. Hierbij gaat de onderzoeker twee aspecten na. Als eerste wordt de houding, beweeglijkheid en functie van het gelaat, de lippen, de tong, de kaak en de wangen getest. De participant krijgt mondeling een opdracht aangeboden en moet deze uitvoeren. Als tweede meet de onderzoeker met een toestel de maximale kracht die kan worden uitgeoefend met de tong en de lippen op verschillende plaatsen in de mond. Bij 19 kinderen vindt een tweede testmoment plaats waarbij dezelfde testen worden uitgevoerd. Op deze manier wordt de test-hertestbetrouwbaarheid van de metingen nagegaan.. De resultaten binnen dit onderzoek leiden tot normwaarden per leeftijdscategorie en per geslacht. De invloed van leeftijd is erg afhankelijk van de gemeten variabele. Bij het merendeel van de metingen wordt een zwak positief verband gevonden met toenemende leeftijd. Het geslacht van de participant lijkt geen invloed te hebben op het merendeel van de metingen. Voor de uithoudingsmeting met de lippen en de krachtmeting met de linkerwang worden voor geslacht wel significante verschillen gevonden. Ook het lichaamsgewicht en de -lengte van een persoon lijken een beperkte invloed te hebben, met uitzondering van de metingen in de wang van de participant. Bij deze metingen wordt een zwak positief verband gevonden. Voor sommige variabelen wordt een link gevonden met de positie van de tong in rust of de aanwezigheid van bepaalde mondgewoonten zoals het likken van de lippen. De beschikbaarheid van deze normwaarden is zowel tijdens de diagnostiek als tijdens de behandeling relevant. Tijdens de diagnostische fase is normatieve data essentieel om op een objectieve manier na te gaan of er sprake is van een verminderde orofaciale kracht en kan aansluitend een therapieplan uitgestippeld worden voor patiënten met slikstoornissen, malocclusies, of oromyofunctionele stoornissen zoals open mondgedrag, foutieve tongplaatsing en tongpersen. Tijdens de fase van behandeling kunnen de normatieve data gebruik worden om de evolutie binnen therapie te meten alsook het effect van een behandelmethode.
Promotor | Kristiane Van Lierde |
Opleiding | Logopedische en Audiologische Wetenschappen |
Domein | Logopedie |