Vestibulaire functie bij mensen met de ziekte van Parkinson
Buysse Camille, Devos Ella, 2023
De ziekte van Parkinson (PD) is de meest voorkomende bewegingsstoornis wereldwijd en is naast de ziekte van Alzheimer, de meest voorkomende neurodegeneratieve stoornis. De ziekte wordt gekenmerkt door de afbraak van dopamine-producerende zenuwcellen in de hersenen. De ziekte ontstaat meestal op latere leeftijd en komt veel vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. Enkele van de meest voorkomende zichtbare symptomen zijn; trager voortbewegen, beven, stijfheid van de ledematen en een voorovergebogen houding. Over het algemeen gaan de bewegingen minder vanzelfsprekend en moeten de patiënten bewuster nadenken over alledaagse handelingen. Bij deze patiëntenpopulatie is er als gevolg hiervan een groot valrisico. Echter, naast de motorische symptomen wordt de ziekte ook gekenmerkt door belangrijke niet-motorische symptomen zoals cognitieve achteruitgang, stemmings- en angstklachten, slaapstoornissen en autonome dysfunctie. Deze neurodegeneratieve ziekte werd in 1817 voor het eerst beschreven door James Parkinson, echter blijft de pathofysiologie tot op de dag van vandaag nog onvolledig begrepen. De afgelopen decennia zijn er aanwijzingen gevonden voor vestibulaire stoornissen bij mensen met PD, er is echter nog steeds discussie over de bijdrage van het perifere en/of centrale vestibulaire systeem. Het perifere vestibulaire systeem bestaat uit drie halfcirkelvormige kanalen en twee otolietorganen, ook wel evenwichtsblaasjes genoemd (utriculus en sacculus). Deze organen geven informatie over de beweging van het hoofd en het lichaam. Studies die alle vijf de delen van het perifeer vestibulair systeem onderzochten zijn beperkt, waardoor er geen compleet beeld kan gevormd worden over de werking van het vestibulaire systeem bij PD. Gebaseerd op eerdere literatuur is het onduidelijk in welke mate vestibulaire dysfuncties voorkomen binnen deze populatie. Het systematisch in kaart brengen van de vestibulaire klachten zou daarom een belangrijke hiaat opvullen in de bestaande literatuur. De informatie over het vestibulair systeem is zeer nuttig om het revalidatietraject van deze patiënten te optimaliseren. Als er sprake is van een vestibulaire dysfunctie, moet revalidatie specifieke vestibulaire training omvatten. Het idee om het evenwicht van de Parkinsonpatiënten te onderzoeken kwam vooral voort uit eerdere studies waarin onderzoekers de vaak voorkomende valincidenten en de ervaringen binnen deze populatie onderzochten. Uit die studies bleek dat veel mensen met PD vaak het gevoel hebben dat ze onstabiel of duizelig zijn. Het verhoogd valrisico binnen deze populatie blijft een van de grootste problemen die mogelijks kunnen leiden tot valgerelateerde letsels, daaropvolgende ziekenhuisopname en verminderde kwaliteit van leven. Dit kan bovendien stress en angst veroorzaken. Alle delen van het evenwichtssysteem werden getest bij 44 personen, waarvan 22 personen met PD en 22 gematchte gezonde controlepersonen. De gemiddelde leeftijd van de beide groepen was 61 jaar. Via ons onderzoek konden we nagaan of de Parkinsonpatiënten andere of meer afwijkende resultaten vertoonden op verschillende evenwichtstesten in vergelijking met de gezonde groep. Het was belangrijk dat de beide groepen gematcht werden voor leeftijd, gezien eerdere studies al aantoonden dat leeftijd op zich al een invloed heeft op bepaalde parameters van deze testen. Zo werden de Vestibulair geëvoceerde myogene potentialen (VEMP) getest, dit zijn vestibulaire spierpotentiaalmetingen die de responsiviteit van de otolietorganen en de verschillende takken (superieure en inferieure tak) van de evenwichtszenuw nagaan. Het testprotocol bestond naast de VEMPs uit een gehoorscreening en de video hoofd impuls test (vHIT). De vHIT is een test die de functie van de 3 halfcirkelvormige kanalen afzonderlijk kan nagaan. Indien er een afwijking is, betekent dit dat telkens wanneer de persoon een snelle hoofdbeweging maakt, alles even zal draaien er even geen scherp beeld is. Bij deze test zagen we geen opmerkelijke verschillen tussen de beide groepen. Bij de eerdergenoemde VEMP-testen, zagen we wel verschillen. De VEMPs werden vaker afwijkend bevonden bij de PD groep, slechts 4 van de 22 patiënten vertoonde normale VEMPs, terwijl dit bij de gezonde controlegroep over 11 van de 22 patiënten ging. Hier is dus ook duidelijk dat leeftijd op zich al een impact heeft op de aanwezigheid van de VEMPs. Het is nog niet volledig duidelijk welke implicatie deze VEMPs hebben op het dagelijkse leven van deze mensen. Wat hieruit wel kan besloten worden is dat de utriculus, sacculus en evenwichtszenuw beduidend minder goed bleken te reageren bij Parkinsonpatiënten in vergelijking met de gezonde deelnemers. Om meer duidelijkheid te krijgen over de resultaten en ook meer statistisch significante verschillen waar te nemen, zou dit testprotocol moeten worden herhaald binnen een grotere steekproef. We hopen dat deze resultaten leiden tot een meer geoptimaliseerde en interdisciplinaire diagnose en behandelingsprocedures. Met als gevolg dat dit een positieve impact zou kunnen hebben op de kwaliteit van leven van de Parkinsonpatiënten.
Promotor | Leen Maes |
Opleiding | Logopedische en Audiologische Wetenschappen |
Domein | Audiologie |
Kernwoorden | vestibulaire functie Ziekte van Parkinson |